
27 mei 2007
24 mei 2007
13 mei 2007
Citaat11
The Havana Room
Colin Harrison
First published in Great Brittan 2004
ISBN 0 7475 7742 0
Op blz 48 van de 385:
... trouwens veel van de mannen die door die deur gingen kusten hun vrouwen of vriendinnen ter afscheid in de foyer, en beloofden binnen een paar uur thuis te zijn. Ik kon niet helemaal zeker zijn van hun trouw, want verschillende keren zag ik een lieve, onvergezelde zwarte vrouw met een blauwe koffer het restaurant binnenkomen en recht naar diezelfde deur gaan, als op afspraak, en nadat Allison zonder woorden knikte naar de maitre d', werd ze altijd binnengelaten.
"Wat is er daar beneden?" vroeg ik de dienster op een
avond dat die kaart op de deur verscheen.
"De Havana-kamer?" zegde ze. "Dat is een speciale regeling."
"Je moet reserveren, bedoel je?"
"Nee, dat niet. Bijna, iets in die aard."
Ik verstond er geen snars van. Misschien wist ze het zelf ook niet. "Wat doen ze in die kamer?"
Ze schudde het hoofd. "Ik heb dingen gehoord, maar ik geloof er niets van."
"Ben jij er ooit geweest?"
"Nee."
"Nee?"
"Slechts een paar mensen van het personeel mogen er binnen. Ha, meestal."
"Ha?"
"Dat is die oude Chinese kerel. Je hebt hem gezien. Kaal? De klusjesman?"
Ja, die had ik gezien, ik herinner me hem, mager en gebogen met een grote adamsappel en bloeddoorlopen ogen, ergens tussen de zestig en tachtig jaar oud.
Colin Harrison
First published in Great Brittan 2004
ISBN 0 7475 7742 0
Op blz 48 van de 385:
... trouwens veel van de mannen die door die deur gingen kusten hun vrouwen of vriendinnen ter afscheid in de foyer, en beloofden binnen een paar uur thuis te zijn. Ik kon niet helemaal zeker zijn van hun trouw, want verschillende keren zag ik een lieve, onvergezelde zwarte vrouw met een blauwe koffer het restaurant binnenkomen en recht naar diezelfde deur gaan, als op afspraak, en nadat Allison zonder woorden knikte naar de maitre d', werd ze altijd binnengelaten.
"Wat is er daar beneden?" vroeg ik de dienster op een
avond dat die kaart op de deur verscheen.
"De Havana-kamer?" zegde ze. "Dat is een speciale regeling."
"Je moet reserveren, bedoel je?"
"Nee, dat niet. Bijna, iets in die aard."
Ik verstond er geen snars van. Misschien wist ze het zelf ook niet. "Wat doen ze in die kamer?"
Ze schudde het hoofd. "Ik heb dingen gehoord, maar ik geloof er niets van."
"Ben jij er ooit geweest?"
"Nee."
"Nee?"
"Slechts een paar mensen van het personeel mogen er binnen. Ha, meestal."
"Ha?"
"Dat is die oude Chinese kerel. Je hebt hem gezien. Kaal? De klusjesman?"
Ja, die had ik gezien, ik herinner me hem, mager en gebogen met een grote adamsappel en bloeddoorlopen ogen, ergens tussen de zestig en tachtig jaar oud.
Abonneren op:
Posts (Atom)